|
Online videotraining: Tekst |
r
Commando |
Pad |
Opmaak tekst |
● Tekst ● Contextmenu |
Met het commando Opmaak tekst kunt u de belangrijkste tekstkenmerken instellen vanuit één dialoogvenster. De kenmerken apart instellen kan ook via de verschillende commando’s in het menu Tekst: lettertype, lettergrootte, stijl, uitlijning, regelafstand en gebruik van hoofdletters (kleine letters, HOOFDLETTERS, Begin Met Hoofdletters). Ieder kenmerk is ook beschikbaar in het Infopalet. Voor sommige objecten is het mogelijk de tekst op te maken terwijl u de objectkenmerken instelt.
U kunt ervoor kiezen om de opmaak toe te passen op het hele tekstblok of enkel op geselecteerde karakters en woorden. Als geen tekst geselecteerd is, worden de gemaakte instellingen de standaardopmaak van het gereedschap Tekst.
Creëer een tekststijl om dezelfde set van tekstkenmerken op meerdere objecten toe te passen. Een tekststijl kunt u rechtstreeks toepassen op objecten of u kunt de tekststijl toewijzen aan een bepaalde klasse. Zie Tekststijlen gebruiken voor meer informatie hierover.
Om de opmaak van tekst aan te passen:
1. Voer één van de volgende handelingen uit om te bepalen welke tekst u wenst op te maken:
● De gehele tekstblok opmaken: selecteer het tekstobject met het Selectiegereedschap.
● Eén woord opmaken: dubbelklik op het tekstobject om de tekstbewerkingsmodus te activeren; dubbelklik op het woord om het te selecteren.
● Eén regel opmaken: dubbelklik op het tekstobject om de tekstbewerkingsmodus te activeren; klik driemaal op de regel om deze te selecteren.
● Een gedeelte van de tekst opmaken: dubbelklik op het tekstobject om de tekstbewerkingsmodus te activeren; klik op de positie waar u de selectie wilt laten beginnen, houd de linkermuisknop ingedrukt en sleep de aanwijzer over de tekst die u wilt selecteren
Druk op de Esc-toets wanneer u klaar bent met bewerken
2. Voer vervolgens één van de volgende handelingen uit:
● Selecteer in het menu Tekst de tekstinstelling die u wilt aanpassen.
● Selecteer de optie die u wilt aanpassen in het Infopalet.
● Selecteer het commando. Het dialoogvenster ‘Opmaak tekst’ wordt geopend.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
Commando |
Pad |
Lettertype |
Tekst |
De lettertypen die u het laatst gebruikt heeft, worden onthouden voor snelle toegang. Als u het commando selecteert, worden bovenaan de lijst de acht recentst gebruikte lettertypen weergegeven (met het laatst gebruikte lettertype als eerste), gevolgd door een alfabetische lijst van de beschikbare lettertypen. Ook wanneer het Infopalet de parameter Lettertype bevat, staan de acht recentst gebruikte lettertypen bovenaan met daaronder een alfabetische lijst van beschikbare lettertypen. De lijst met recente lettertypen wordt ook bijgewerkt wanneer u een lettertype selecteert in het dialoogvenster ‘Opmaak tekst’ of in het Infopalet.
Gebruik het Pipet om de opmaak van een tekstobject op te nemen en toe te kennen aan een ander object. Zie Kenmerken overdragen.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~