Bestaande bomen plaatsen

2. Klik om het invoegpunt te bepalen. Klik om de oriëntatie te bepalen en de boom in de tekening te plaatsen.

Als u het gereedschap voor de eerste keer gebruikt in een document wordt het dialoogvenster ‘Instellingen’ geopend. Stel de standaardwaarden van het gereedschap in. U kunt de eigenschappen aanpassen vanuit het Infopalet.

Mogelijk komt het uitzicht van de bestaande boom niet overeen met de 2D-instellingen totdat u bepaalde parameters heeft ingesteld op het Infopalet. U dient bijvoorbeeld eerst een Actie/opmerking toe te kennen.

Parameter	Omschrijving
Haal omschrijving op	Klik op deze knop om het dialoogvenster ‘Omschrijving’ te openen en een boomsoort uit de lijst te selecteren (zie Gegevens ophalen).
Botanische naam/ Nederlandse naam	Indien opgehaald uit de plantgegevens, verschijnen hier de Botanische en Nederlandse naam van de bestaande boom. Gebruikt u de plantgegevens niet, geef deze informatie dan manueel op.
Instellingen label en nummering	Via deze knop opent u het dialoogvenster ‘Instellingen en label nummering’ waarmee u het label en de automatisch nummering instelt (zie Instellingen van het label en de nummering bepalen).
Nummer	Dit veld geeft het nummer van de boom weer.
Oorsprong	Selecteer de oorsprong van de boom.
Hoogte	Geef de hoogte van de boom op.
Onregelmatige kruin	Klik op deze knop om het dialoogvenster ‘Onregelmatige kruin’ te openen en de vorm van een onregelmatige kruin in te stellen (zie Een onregelmatige kruin vormen).
Hoek noorden (onregelmatige kruin)	Geef een hoek op om een onregelmatige kruin te roteren opdat u de afmetingen van de kruin naar het noorden, oosten, zuiden en westen nauwkeurig kunt afstemmen op de punten van een kompas.
Max. diameter kruin (regelmatige kruin)	Geef de maximale diameter van de kruin op.
Gebruik min. diameter kruin (regelmatige kruin)	Vink deze optie aan om ook de minimale diameter van de kruin te gebruiken.
Min. diameter kruin	Geef de minimale diameter van de kruin op; de ovale vorm van de kruin wordt binnen de opgegeven minimum- en maximumwaarden gecreëerd. Dit beïnvloedt eveneens het 3D-volume van de bestaande boom.
Rotatie kruin (regelmatige kruin)	Geef de rotatiehoek voor de kruin op.
Hoogte kruin	Geef de hoogte van de kruin op.
Diameter borsthoogte	Geef de diameter van de boom op borsthoogte op. (Deze situeert zich op 1,3 - 1,4 m boven het niveau van de grond.) De diameterwaarde op borsthoogte bepaalt eveneens de standaardwaarden van de kritische en primaire zone van het wortelstelsel. Voor een boom met meerdere stammen wordt het aantal stammen weergegeven na de waarde van de diameter (dit veld kan niet bewerkt worden). Omdat deze boom meer dan één stam heeft, wordt de diameter op borsthoogte anders berekend, namelijk door de vierkantswortel te nemen van de som van de individuele stammen in het kwadraat.
Meerdere stammen	Klik op deze knop voor bomen met meer dan een centrale stam. Selecteer Gebruik meerdere stammen en geef vervolgens de diameter van elke stam in voor de berekening van Diameter borsthoogte (DBH). De DBH wordt automatisch berekend, maar kan indien nodig worden aangepast.
Weergave wortelstelsel	Selecteer of en hoe u het wortelstelsel wenst weer te geven in 2D-aanzicht. Pas de weergave van de zones aan via de knop 2D-instellingen (zie 2D-instellingen bepalen). De locatie van het wortelstelsel hangt samen met die van de stam.
Diameter kritische zone	Pas de diameter van de kritische zone aan; deze waarde is aanvankelijk ingesteld op 2,5 keer de DBH, maar kan gewijzigd worden. Wanneer u de Weergave van het wortelstelsel uit- en aanschakelt, blijft de nieuwe waarde behouden; vul 0 (nul) in om opnieuw de standaarddiameter toe te passen.
Diameter primaire zone	Pas de diameter van de primaire zone aan; deze waarde is aanvankelijk ingesteld op 5 keer de DBH, maar kan gewijzigd worden. Wanneer u de Weergave van het wortelstelsel uit- en aanschakelt, blijft de nieuwe waarde behouden; vul 0 (nul) in om opnieuw de standaarddiameter toe te passen.
Diameter wortelkluit	Geef de diameter voor de wortelkluit op (indien deze wordt weergegeven).
Beschermingszone	Dit is de zone rond de boom die moet worden gerespecteerd of afgezet om de boom te beschermen (zie De beschermingszone instellen).
Afronding hoeken BZ (onregelmatige zones)	Geef de hoekradius op voor de beschermingszone van onregelmatige beschermingszones. Stel een lage waarde in om scherpe hoeken te simuleren
Straal BZ (cirkelvormige zone)	Geef de straal van de beschermingszone op.
Opp. BZ	Hier vindt u de berekende oppervlakte van de beschermingszone.
Gezondheid	Bepaal de gezondheid van de boom: uitstekend, goed, gemiddeld, slecht
Gezondheid op maat	Wanneer u de optie ‘Op maat’ selecteerde, kunt u hier zelf een waarde invoeren.
Levensverwachting	Selecteer de levensverwachting van de boom. Selecteer Op maat om in het veld Levensverwachting op maat een waarde in te voeren.
Levensverwachting op maat	Wanneer u de optie ‘Op maat’ selecteerde, kunt u hier zelf een waarde invoeren.
Waardering	Selecteer de waardering van de boom. Deze waarden zijn gekoppeld aan de kleuren van de 2D-instellingen. Selecteer Op maat om in het veld Waardering op maat een waarde in te voeren.
Waardering op maat	Wanneer u de optie ‘Op maat’ selecteerde, kunt u hier zelf een waarde invoeren. Als u de mogelijkheid wilt behouden om de kleuren voor de waardering automatisch in te stellen en weer te geven, selecteert u eerst een van de beschikbare waarderingen in de lijst voordat u de optie ‘Op maat’ selecteert. Behoud de standaardomschrijving van de waardering en voeg er iets aan toe. Wilt u bijvoorbeeld de categorie ‘Niet waardevol’ gebruiken, maar zelf enkele opmerkingen toevoegen, selecteer dan eerst de optie ‘Niet waardevol’ en vervolgens ‘Op maat’. In het veld Waardering op maat staat in dat geval de omschrijving ‘Niet waardevol’. Pas dit eventueel aan naar “Niet waardevol - onmiddellijk verwijderen”. Door het woord “Niet waardevol” aan het begin van de omschrijving te behouden, blijft de aan deze optie gekoppelde kleur gelden.
Actie/opmerking	Selecteer de actie die ondernomen moet worden voor de boom. Deze is van belang voor de weergave van het gekozen symbool bij de 2D-instellingen. Selecteer Op maat om in het veld Actie/opmerking op maat een waarde in te voeren. Verplaatst u een boom, stel het veld Actie/opmerking dan in op ‘Verplanten - originele locatie’. Dupliceer de boom, schakel de automatische nummering uit en geef het duplicaat manueel hetzelfde Nummer als de oorspronkelijke boom. Verplaats de gedupliceerde boom naar de nieuwe locatie en stel het veld Actie/opmerking in op ‘Verplanten - nieuwe locatie’
Actie/opmerking op maat	Wanneer u de optie ‘Op maat’ selecteerde, kunt u hier zelf een waarde invoeren. Als u de automatische weergave van het ingestelde symbool wilt behouden, selecteert u eerst een van de beschikbare opties in de lijst voordat u ‘Op maat’ selecteert. Behoud de standaardomschrijving van de actie/opmerking en voeg er iets aan toe. Wilt u bijvoorbeeld de categorie ‘Verwijderen’ gebruiken, maar zelf enkele opmerkingen toevoegen, selecteer dan eerst de optie ‘Verwijderen’ en vervolgens ‘Op maat’. In het veld Actie/opmerking op maat staat in dat geval de omschrijving ‘Verwijderen’. Pas dit eventueel aan naar “Verwijderen - aangetast door storm”. Door het woord “Verwijderen” aan het begin van de omschrijving te behouden, blijft het aan deze optie gekoppelde symbool van toepassing.
Extra botanische velden	Deze velden worden alleen weergegeven wanneer ze zijn aangevinkt via de knop Extra velden (zie hieronder). Elke boom kan worden beoordeeld op basis van de vraag of hij voldoet aan botanische criteria.
Vorm	Dit verwijst naar de vorm van de boom: van uniform (uitstekend) tot scheef (slecht).
Structuur	Bomen met een uitstekende structurele integriteit en die inheems zijn, krijgen een hogere waardering dan minder stabiele bomen of bomen die niet in een typische habitat voor de boomsoort groeien.
Kracht	Dit beschrijft de gezondheid van de boom en of de boom goed groeit, zonder ongedierte en met een goede structuur en vorm.
Diam. aan de voet	De diameter aan de voet is de diameter van de stam, gemeten onmiddellijk boven de basis van de boom waar de stam meestal parallel wordt, zoals aangegeven door de rode lijn in dit voorbeeld:
Toon wortelzone	De wortelzone (WZ) verwijst naar het cirkelvormige gebied rond de basis van de boom dat vereist is voor de structurele stabiliteit van de boom. De weergave van de WZ-aanduiding bepaalt u via de instellingen van de kritische wortelzone (Kleur lijn kritische zone /Stijl in de 2D-kenmerken).
Berekende straal WZ	Hier vindt u de straal van de wortelzone in meter, berekend op basis van de diameter aan de voet (D) volgens volgende formule: Als de berekende waarde lager is dan de minimale straal van WZ die bepaald is in de extra velden, wordt in plaats daarvan de minimale waarde weergegeven.
Verlaagde ondergrond\\Leeftijd\\Jaar geplant\\Datum beoordeling\\Locatie\\Opmerkingen\\Veld 7\\Veld 8\\Veld 9\\Veld 10\\	Deze velden geven aanvullende informatie over de boom en kunnen worden opgenomen in rapporten. Deze velden kunt u ook op het label van de boom plaatsen. U kunt de veldnamen bewerken en extra velden toevoegen door op Extra velden te klikken.
2D-instellingen	Via deze knop opent u het dialoogvenster ‘2D-instellingen’. Bepaal hierin de te gebruiken 2D-symbolen, de kleuren voor waardering en de kenmerken van het wortelstelsel en de boombescherming (zie 2D-instellingen bepalen).
3D-instellingen	Via deze knop opent u het dialoogvenster ‘3D-instellingen’. Bepaal hierin de te gebruiken symbolen voor de kruin en de stam (zie 3D-instellingen bepalen).
Extra velden	Klik op deze knop om extra velden toe voegen aan het Infopalet en aan rapporten.
Velden op maat en hun zichtbaarheid	Van de eerste zes standaardvelden van het Infopalet kunt u de naam aanpassen en nog vier extra velden kunt u zelf benoemen. De formules om de velden weer te geven in een rekenblad, veranderen niet. Beweeg de aanwijzer over elk veld om de formule voor dat veld weer te geven in de helptekst. ● Veld 1: =(‘Existing Tree’.‘RL’) ● Veld 2: =(‘Existing Tree’.‘Age’) ● Veld 3: =(‘Existing Tree’.‘Year Planted’) ● Veld 4: =(‘Existing Tree’.‘DateAssessed’) ● Veld 5: =(‘Existing Tree’.‘Location’) ● Veld 6: =(‘Existing Tree’.‘Comments’) ● Veld 7 – Veld 10: =(‘Existing Tree’.‘Fieldx’) waarbij x staat voor het veldnummer.
Toon	Geef aan hoeveel velden er moeten worden weergegeven in het Infopalet.
Extra botanische velden	Hier kunt u gespecialiseerde botanische velden selecteren om toe te voegen aan het Infopalet.
Toon Vorm, Structuur en Gezondheid	Vink deze optie aan om de genoemde velden weer te geven in het Infopalet.
Toon Voet, Wortelzone (WZ), enz.	Vink deze optie aan om de genoemde velden weer te geven in het Infopalet.
Min. straal WZ	Geef een waarde op voor de straal die minimaal benodigd is voor de wortelzone (WZ). Als de berekende WZ kleiner is dan de opgegeven waarde, wordt de opgegeven waarde gebruikt.
Toepassen op	De velden op maat kunnen toegepast worden op een enkele boom of op alle bomen in de tekening. ● Dit object: Pas de eigenschappen enkel toe op de huidig geselecteerde bestaande boom. ● Alle objecten in dit bestand: Pas de eigenschappen toe op alle bestaande bomen in de tekening. ● Dit object + standaard voor dit bestand: pas de eigenschappen toe aan de huidig geselecteerde bestaande boom en gebruik de eigenschappen als de standaard voor het gereedschap Bestaande boom. Nadat u het dialoogvenster bevestigd heeft, zullen bestaande bomen die u plaatst deze eigenschappen gebruiken. ● Alle objecten in dit bestand + standaard voor dit bestand: pas de eigenschappen toe op alle bestaande bomen in dit bestand en gebruik de eigenschappen als de standaard voor het gereedschap Bestaande boom. Nadat u het dialoogvenster bevestigd heeft door op OK te klikken, zullen bestaande bomen die u plaatst deze eigenschappen gebruiken.