Gebruik het commando Uitgestelde rendering - creëer taak om uw renderingen te groeperen en ze uitvoeren op een ogenblik dat u uw computer niet nodig hebt. Elke taak behoudt zijn eigen weergave, rendermethode, resolutie en exportinstellingen.
Commando |
Locatie |
Uitgestelde rendering - Creëer taak |
Weergave > Rendering |
Een taak bevat alle instellingen die nodig zijn om de rendering op een later tijdstip uit te voeren, waaronder de naam van de taak, de rendermethode en renderinstellingen, alsook de afmetingen en het formaat van het afbeeldingsbestand.
Geometrieën en verlichting worden niet bewaard in de taak. U kunt verschillende lichtsituaties voor een scène exporteren door presentatielaagzichtvensters te creëren en de verlichting met het Visualisatiepalet te veranderen (zie Lichtbronnen en camera’s beheren vanuit het Visualisatiepalet). Zichtvensters geven u de mogelijkheid om lichtparameters te overschrijven zonder de verlichting op de ontwerplaag te beïnvloeden. Hierdoor kunt u uitgestelde rendertaken creëren voor zichtvensters van eenzelfde scene maar met verschillende verlichtingsopties.
Om uitgestelde rendertaken te creëren:
1. Zorg dat het aanzicht en de zoomfactor correct zijn ingesteld.
Bij Instellingen afbeeldingsbestand bepaalt u de specifieke afmetingen van de te exporteren zone en de zichtbaarheid van objecten (zie Een afbeelding exporteren).
2. Selecteer het commando.
Het dialoogvenster ‘Uitgestelde rendering’ wordt geopend. Bepaal de instellingen voor de rendertaak.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
De optie Geselecteerde zone in het dialoogvenster ‘Exporteer als afbeeldingsbestand’ is niet beschikbaar bij uitgestelde rendering.
3. Creëer de benodigde rendertaken. U kunt rendertaken hernoemen, bewerken of verwijderen via het menucommando ‘Uitgestelde rendering - Voer uit’.
Commando |
Locatie |
Uitgestelde rendering - Voer uit |
Weergave > Rendering |
Zodra de gewenste rendertaken gecreëerd zijn, kunt u hun volgorde en de locatie van de doelbestanden bepalen.
Om uitgestelde rendertaken uit te voeren:
1. Selecteer het commando wanneer het renderingsproces mag beginnen.
Het dialoogvenster ‘Uitgestelde rendering’ wordt geopend. Selecteer de taken die u wilt uitvoeren en geef de locatie op voor de geëxporteerde afbeeldingsbestanden.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
2. Klik op OK om de Geselecteerde taken uit te voeren.
In het dialoogvenster dat verschijnt, kunt u de voortgang van het renderproces volgen. Druk op de Esc-toets om de huidige taak te annuleren en door te gaan met de volgende rendertaken in de rij. Klik op Annuleer om alle rendertaken te annuleren.
3. Zodra een taak is uitgevoerd, wordt het doelbestand in de doelmap geplaatst.