Gereedschap |
Gereedschappenset |
Noordpijl
|
Aanduidingen |
Met het gereedschap Noordpijl kunt u een noordpijl in een tekening plaatsen, die de oriëntatie van de tekening weergeeft. U heeft de keuze uit een aantal verschillende configuraties. Als de ontwerplaag gegeorefereerd is, zal het object in de juiste richting geroteerd zijn. Noordpijlen behouden hun grootte, ongeacht de schaal van de tekening. Dit is een parametrisch object (zie Wat zijn parametrische objecten?).
Als u Noordpijl selecteert, verschijnen volgende tekenmethodes in de Methodebalk:
Methode |
Omschrijving |
Plaats symbool/parametrisch object |
Selecteer deze methode om het object in te voegen met de volgende muisklik als invoegpunt. |
Invoegen op afstand |
Selecteer deze methode om het object in te voegen in een muur op een op te geven afstand van het invoegpunt. |
Invoegen in muur |
Selecteer deze methode om objecten automatisch in muren in te voegen. |
Links uitlijnen |
Selecteer deze methode om het invoegpunt links op het in te voegen object te bepalen. |
Middelpunt uitlijnen |
Selecteer deze methode om het invoegpunt op het middelpunt van het in te voegen object te bepalen. |
Rechts uitlijnen |
Selecteer deze methode om het invoegpunt rechts op het in te voegen object te bepalen |
Invoegpunt uitlijnen |
Selecteer deze methode om het voorgedefinieerde invoegpunt van het in te voegen object te gebruiken. |
Instellingen |
Pas de instellingen aan. |
Om een noordpijl te plaatsen:
1. Activeer het gereedschap.
2. Kies uit de invoegmethodes in de Methodebalk.
3. Klik op de knop Instellingen in de Methodebalk.
Het dialoogvenster ‘Noordpijl instellingen’ wordt geopend.
4. Kies hier welk type pijl u wilt gebruiken en geef de schaal op.
De standaard meegeleverde noordpijlen vindt u in de Vectorworksbibliotheek onder Standaarden > Noordpijlen > Noordpijlen.vwx.
U kunt ook zelf noordpijlen aanmaken en in uw Gebruikersmap bewaren. Deze verschijnen dan ook in de hierboven afgebeelde, alfabetisch gerangschikte symbolenkiezer.
1. Klik in de tekening om de noordpijl te plaatsen.
2. Beweeg de cursor om de rotatie te bepalen en klik om deze te bevestigen.
Zodra u een noordpijl in de tekening plaatst, kunt u de instellingen ervan wijzigen via het Infopalet.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~