|
Online videotraining: Het uitzicht van Vectorworks op Windows Online videotraining: Het uitzicht van Vectorworks op Mac |
Zowel op Mac als op Windows kunnen de meeste paletten, inclusief afgescheurde paletten, gekoppeld worden aan één van de vier randen van de tekenzone. Wanneer u tevreden bent met de indeling van uw werkomgeving kunt u de positie van de verschillende paletten bewaren (zie De instellingen en positie van paletten bewaren).
Op Windows is de optie voor het koppelen van paletten standaard ingeschakeld in het tabblad Algemeen van het dialoogvenster ‘Voorkeuren Vectorworks’. Schakel deze optie uit indien u dit wenst. Zie Voorkeuren Vectorworks voor meer informatie.
Om een palet aan een vensterrand of een ander palet te koppelen:
1. Zodra u de titelbalk van het gewenste palet begint te verslepen, verschijnt er een koppelaanduiding. Hierop ziet u pijlen en verschillende omtrekvormen die de mogelijke plaatsen aangeven waar u het palet kunt koppelen.
Wanneer u een zwevend palet niet over de tekenzone, maar over een reeds gekoppeld palet sleept, verschijnt er een nieuwe koppelaanduiding die bijkomende plaatsen aangeeft waar u het palet kunt koppelen.
2. Sleep het palet naar de koppelaanduiding en beweeg over de pijl die in de gewenste richting wijst. Een blauwe vorm laat u de positie en grootte van het gekoppelde palet zien.
3. Wanneer u tevreden met de plaats die de blauwe vorm aangeeft, laat u het palet los. De reeds gekoppelde paletten passen zich aan om ruimte te maken voor het nieuwe palet.
Houd de control-toets ingedrukt om te vermijden dat een palet zich koppelt wanneer u het langs de koppelaanduiding sleept; als u de control-toets indrukt zal de koppelaanduiding niet verschijnen.
Om een palet los te koppelen door middel van slepen:
Sleep de titelbalk van het palet dat u wilt loskoppelen naar een andere plaats in de tekenzone.
Om paletten vast of los te koppelen door middel van dubbelklikken:
1. Dubbelklik op de titelbalk van een palet.
Wanneer u op de titelbalk van een ontkoppeld palet dubbelklikt, zal het palet opnieuw op zijn vorige, gekoppelde locatie verschijnen. Wanneer u op de titelbalk van een gekoppeld palet dubbelklikt, zal het palet zich opnieuw ontkoppelen en op zijn vorige locatie in de tekenzone verschijnen.
2. Dubbelklik eventueel nogmaals om de status van het palet opnieuw te veranderen (van gekoppeld naar zwevend of omgekeerd).
Alle gekoppelde paletten hangen vast aan het programmavenster en bewegen dan ook mee wanneer u het programmavenster verplaatst; niet-gekoppelde paletten blijven daarentegen staan als u het programmavenster verplaatst. U kunt paletten daarnaast ook aan de randen van de tekenzone koppelen.
Het koppelen van paletten en documentvensters aan het programmavenster (zie Meerdere geopende documenten beheren) is standaard ingeschakeld. Om deze functie uit te schakelen, gaat u naar Venster > Gebruik programmavenster en deselecteert u het commando.
De functie voor het aan elkaar koppelen van zwevende paletten in de tekenzone is standaard ingeschakeld. Om deze functie uit te schakelen, gaat u naar Venster > Paletten > Zwevende paletten kunnen aan elkaar gekoppeld worden en deselecteert u het commando.
Enkel het Restrictiepalet en de paletten met gereedschappen kunnen zich koppelen aan de boven- en onderzijde van het programmavenster.
Om een palet aan het programmavenster te koppelen:
1. Sleep de titelbalk van het palet naar de rand van het programmavenster.
Op Mac licht de rand van het venster in blauw op wanneer het palet in het bereik van deze rand komt.
2. Sleep het palet naar de plaats waar u het wenst te koppelen aan het venster en laat de muisknop los. De reeds gekoppelde paletten passen zich aan om ruimte te maken voor het nieuwe palet.
Houd de option-toets (Mac) ingedrukt om te vermijden dat een palet zich koppelt wanneer u het langs de rand van het programmavenster sleept.
Om paletten aan elkaar te koppelen in de tekenzone:
Sleep de titelbalk van een niet-gekoppeld palet naar een ander niet-gekoppeld palet. Wanneer de paletten in elkaars bereik komen, zal de dichtstbijzijnde rand in blauw oplichten om te laten zien waar de paletten zullen koppelen.
Het is niet mogelijk om twee groepen van gekoppelde paletten aan elkaar te koppelen. Ontkoppel één van beide groepen en koppel vervolgens elk palet individueel aan de andere groep.
Om een palet los te koppelen door middel van slepen:
Sleep de titelbalk van het palet dat u wilt loskoppelen naar een andere plaats in de tekenzone.
U kunt paletten ook aan de randen van de tekenzone koppelen. Wanneer de vrije ruimten ingeschakeld zijn, kan de tekenzone niet buiten een vaste afmeting komen te liggen. Dit zorgt ervoor dat paletten de tekenzone niet belemmeren. U kunt deze vrije ruimte ook uitschakelen: ga hiervoor naar het tabblad Algemeen van de Vectorworksvoorkeuren en schakel de optie Marges paletten uit (zie Voorkeuren Vectorworks: tabblad Algemeen).
Commando |
Locatie |
Verberg gekoppelde paletten automatisch |
Venster > Paletten |
Om gekoppelde paletten automatisch te verbergen tot u ze opnieuw nodig hebt:
Selecteer het commando. Alle gekoppelde paletten worden verborgen. Beweeg met de cursor over de locatie van de paletten om ze tijdelijk te laten verschijnen en ze te gebruiken. Wanneer u de cursor elders positioneert verdwijnen de paletten opnieuw. Zie Paletten minimaliseren om geminimaliseerde zwevende paletten tijdelijk te laten verschijnen.
Commando |
Locatie |
Sneltoets |
Verberg geactiveerde paletten |
Venster > Paletten |
Cmd + Shift + Option + H (Mac) |
Om alle geactiveerde paletten tegelijkertijd te verbergen of te tonen:
Selecteer het commando. Als u een palet laat verschijnen door dit manueel uit het menu te selecteren, wordt het verbergcommando geannuleerd en worden alle paletten opnieuw getoond.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~